Na de herinvoering van de ORT tijdens verlof is er onduidelijkheid ontstaan. Deze onduidelijkheid heeft betrekking op betaling van de gemiddelde ORT, over de uren die zijn opgebouwd door te werken op een feestdag. Sommige werkgevers hebben een onderscheid gemaakt tussen ‘reguliere vakantieopbouw’ en vakantieopbouw door te werken op een feestdag.
De Sociale Commissie heeft de kwestie in behandeling genomen.
De uitspraak die de Sociale Commissie heeft gedaan is als volgt; in de cao is in artikel 66. lid 1 bepaald wat de waarde van een vakantiedag is. De cao maakt geen onderscheid in het soort vakantie en daarmee is de waarde van iedere vakantiedag gelijk. De commissie komt derhalve tot de conclusie dat de waarde van het vakantietegoed als bedoeld in artikel 67 van de cao gelijk is aan de waarde van de vakantie als bedoeld in 66 lid 1 cao PB.
Dit wil zeggen dat werkgevers geen onderscheid mogen maken tussen de opbouw van vakantietegoed door het werken op een feestdag en dat dus ook hierover een gemiddeld ORT verschuldigd is aan de werknemer.
Met vriendelijke groet,
Abhilash Sewgobind
Belangenbehartiger